In de praktijk zien we echter nog veel traditioneel onderwijs met inzet van ICT. Het digibord wordt inmiddels in vrijwel alle scholen wordt ingezet, maar het gebruik ervan overstijgt in veel gevallen nog niet de substitutiefase. Leerlingen hebben steeds meer computers en tablets tot hun beschikking in de klas, maar op een enkele uitzondering na (prowise connect) word er nog niet veel peer-to-peer met deze digitale hulpmiddelen gewerkt.
Het samenwerken op zichzelf staat in alle opsommingen van 21st century skills bovenaan. In de praktijk zien we echter het tegengestelde proces; door verregaande (digitaal gesteunde) differentiatie volgt elk kind zijn eigen tempo en leerpad. Samenwerken, waarbij het individu zich empatisch moet kunnen opstellen, is een vaardigheid waaraan gewerkt moet worden.
Wanneer we de 21st century skills onder de loep nemen, kunnen we constateren dat nieuwsgierigheid en creativiteit van nature al bij kinderen aanwezig zijn. Probleemoplossend vermogen is, evolutionair gezien, ook al aanwezig in de menselijke geest. Dat is een mooie start. Aan het onderwijs rest dan slechts de taak om deze ‘natuurlijke talenten’ van kinderen ruim baan te geven.
Veel van de skills zijn sociaal van aard. Ook al aanwezig in de mens als sociaal wezen. We zien echter wel een mogelijk probleem in de huidige maatschappij, waarin hyperindividualiteit, consumentisme op dit moment nog redelijk de boventoon voeren.
Kritisch denken is, gezien de shift naar de toekomst waarin de banen meer en meer ZZP-er zijn, tevens een belangrijke 21st century skill. ‘Wat moet ik doen?’ en ‘Wat moet ik hier nu opschrijven?’, zijn veelgehoorde uitspraken in mijn vorige stageklas. Ik interpreteer dit als een erfenis van het opbrengstgericht (lees: toetsresultaatgericht) werken. Wanneer ik bij wijze van experiment op de vraag van een leerling een antwoord geef wat als een tang op een varken slaat, blijkt dat het grootste deel van de leerlingen klakkeloos opschrijft wat ik zeg. Kritisch denken begint bij zelfstandig denken.
De werkelijke shift ligt naar mijn mening in het aanleren van houding, vaardigheden en denkwijzen.
Het samenwerken op zichzelf staat in alle opsommingen van 21st century skills bovenaan. In de praktijk zien we echter het tegengestelde proces; door verregaande (digitaal gesteunde) differentiatie volgt elk kind zijn eigen tempo en leerpad. Samenwerken, waarbij het individu zich empatisch moet kunnen opstellen, is een vaardigheid waaraan gewerkt moet worden.
Wanneer we de 21st century skills onder de loep nemen, kunnen we constateren dat nieuwsgierigheid en creativiteit van nature al bij kinderen aanwezig zijn. Probleemoplossend vermogen is, evolutionair gezien, ook al aanwezig in de menselijke geest. Dat is een mooie start. Aan het onderwijs rest dan slechts de taak om deze ‘natuurlijke talenten’ van kinderen ruim baan te geven.
Veel van de skills zijn sociaal van aard. Ook al aanwezig in de mens als sociaal wezen. We zien echter wel een mogelijk probleem in de huidige maatschappij, waarin hyperindividualiteit, consumentisme op dit moment nog redelijk de boventoon voeren.
Kritisch denken is, gezien de shift naar de toekomst waarin de banen meer en meer ZZP-er zijn, tevens een belangrijke 21st century skill. ‘Wat moet ik doen?’ en ‘Wat moet ik hier nu opschrijven?’, zijn veelgehoorde uitspraken in mijn vorige stageklas. Ik interpreteer dit als een erfenis van het opbrengstgericht (lees: toetsresultaatgericht) werken. Wanneer ik bij wijze van experiment op de vraag van een leerling een antwoord geef wat als een tang op een varken slaat, blijkt dat het grootste deel van de leerlingen klakkeloos opschrijft wat ik zeg. Kritisch denken begint bij zelfstandig denken.
De werkelijke shift ligt naar mijn mening in het aanleren van houding, vaardigheden en denkwijzen.